De printer aansluiten op een draadloos netwerk met Wi-Fi Protected Setup (WPS)
  1. guides
  2. nl
  3. Gebruikershandleiding
  4. Extra printer instellen
  5. Netwerk
  6. MS312: Wi-Fi Protected Setup
  7. De printer aansluiten op een draadloos netwerk met Wi-Fi Protected Setup (WPS)

De printer aansluiten op een draadloos netwerk met Wi-Fi Protected Setup (WPS)

Controleer het volgende voordat u de printer verbindt met een draadloos netwerk:
  • Het toegangspunt (draadloze router) is WPS-gecertificeerd (Wi‑Fi Protected Setup) of WPS-compatibel. Zie voor meer informatie de documentatie die bij het toegangspunt is geleverd.
  • Op de printer is een draadloze netwerkadapter geïnstalleerd en deze werkt correct. Raadpleeg voor meer informatie de instructies die bij de draadloze netwerkadapter zijn geleverd.
Configuratiemethode met drukknop gebruiken
  1. Blader op het bedieningspaneel van de printer naar:
    >
    Netwerk/Poorten
    >
    >
    Netwerk [x]
    >
    >
    Netwerk [x] Configuratie
    >
    >
    Draadloos
    >
    >
    Configuratie Wi‑Fi Protected
    >
    >
    Methode met drukknop starten
    >
  2. Volg de aanwijzingen op de display.

De methode met pincode gebruiken
  1. Blader op het bedieningspaneel van de printer naar:
    >
    Netwerk/Poorten
    >
    >
    Netwerk [x]
    >
    >
    Netwerk [x] Configuratie
    >
    >
    Draadloos
    >
    >
    Configuratie Wi‑Fi Protected
    >
    >
    Startmethode met pincode
    >
  2. Kopieer de WPS PIN van acht cijfers.
  3. Open een webbrowser en typ het IP-adres van het toegangspunt in de adresbalk.
    • Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten: 123.123.123.123.
    • Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
  4. Open de WPS-instellingen. Zie voor meer informatie de documentatie die bij het toegangspunt is geleverd.
  5. Voer de pincode van acht cijfers in en sla de instelling op.